Het jaar 1916 brengt de familie nog niet bij elkaar. Martha, Bertha en Irma zijn nog steeds in Parijs, André in Nanterre. Camille kan voor een opleiding naar Port-Villez. Hij moet noodgedwongen Maria, en de kleinere kinderen René en Ida achterlaten bij zijn schoonfamilie.
Bron :
Op verso : “…geblisseert in het jaar 1916 den 19den van januari…..”
Emerie Haghebaert, met snor, in bed in een veldhospitaal ; heeft obussplinters in zijn voet.
Hij hield er misschien een stijve voet aan over, want hij liep met een stok. Ook zijn knie was half stijf : hij fietste met één voet op een steuntje en duwde de pedalen met het ander been.
Zie brief Maria Castryck 10 november 1916.
Bron :
Opmerking
- Maurice Vandewalle : 2de rij (geknield), 3de van links (wit hemd)
- André Castryck : middenste rij, rechts van jongen met wit hemd; hijzelf plaatste een kruisje op de postkaart.
(a) Op 18 april 1916 is Martha Dekien in St Ouen; haar ouders zijn nog op het hof.
(b) Er bestaat dus een foto van de Reningse meisjes te St Ouen.
Bron : MWC
(c) Maria die noch t’huis : Maria Castryck
(d) Maria Vanthuyne, Maria Leuridan : Meisje van Reninge dat op 18 april 16 in Rue de la Santé moet zijn
(e) In St Ouen zijn er ook : Germaine Blom(m)e, Marie Louise Van Rykehem
(f) Lucie Monteyne vertrok uit St. Quen naar Sèvres
Zie ook namenlijst Martha Castryck A 73 en C81
Bron : KWC
Opmerking :
Florence Vanstraesseele (X Jules Castryck) was de meter van Martha Castryck.
Bron : MWC
Het tweede prentje kreeg Martha van haar vriendin Rachel Saesen.
Bron : MWC
Van links naar rechts :
Irma Castryck (°
De 3 meisjes Castryck hebben het “standaard” wit kraagje aan dat we voor het eerst zagen op de groepsfoto’s van eind aug 1915. Ze hebben hun beste kleren aan; die waarin ze waarschijnlijk naar Parijs vertrokken zijn in mei 1915. Bij alle 3 zijn de zomen van de kleedjes zeker een 5-tal cm uitgelaten. Vermoedelijk kunnen we deze foto plaatsen rond de plechtige kommunie van Martha (11 juni 1916). Bemerk het roosvormig schapulier en de medaille. Er is een mogelijk verband met de “foto” van de brief van 26 sept 1916.
Bron : ALR
Van links naar rechts : Maurice Vandewalle (X Julia Berten), Valère Vandewalle (X Madeleine Demolder), André Castryck (X Maria Dufloo)
Merk op : “klak”, “galochen”, een witte kol en rode zijden halsdoek en gestreepte sokken (brief 14 aug. 15 Champlan). Deze foto werd echter in Nanterre genomen, dus later dan 14 aug. 15 en later dan 21 okt. 15 (aankomst van André Castryck te Nanterre)
Opmerking :
- André Castryck en beide Vandewalles zijn al iets ouder hier. Deze foto zou ook van 1916 kunnen zijn.
- Valère Vandewalle is in burger en heeft de witte plechtige communie – strik op zijn linkermouw.Hij is geboren op 27 okt. 1904 en in 1916 is hij dus 12 jaar oud. De plechtige communie valt rond Sinksen ?. Dit wijst erop dat deze foto rond Sinksen 1916 zou genomen zijn.
Bron : J.B.R.
Bron : R. L M
Bron : RLM
Ik ondergetekende Saesen Henri, landbouwer, wonende te Reninge, heden gehuisvest te Oostvleteren, neem de eerbiedige vrijheid schadeloosstellling te vragen voor geleden schade en (doorstreept : tengevolge van de brand van mijn schuur) de Franse staat in gebreke te stellen voor de brand van mijn schuur en haar inhoud op datum van 2 december 1914, voor volgende redenen :
Het gebouw in kwestie was op die datum bezet door de 8ste Compagnie van het 2de Bataljon van het 151ste Infanterie Regiment.
Niemand anders is in vernoemd gebouw geweest gedurende meerdere uren. De brand is op de plaats waar de soldaten gelegen waren, uitgebroken. Een gebroken petroleumlamp werd tussen het puin teruggevonden.
Ik heb de eer u de afrekening van de schade toe te sturen.
Het gebouw, in goede staat, schuur en wagenkot hadden een waarde van 2000.00
(Doorgehaald : het gebouw was maar voor 1500 frank verzekerd. Het huis, met de aangebouwde loods, dat onlangs werd gebouwd, was nog niet verzekerd en heeft een waarde van 500 fr.)
Hun inhoud:
1ste : in de schuur
7000 kg stro à 5,00 fr 350.00
2700 kg hooi à 8,00 fr 216.00
53 boomstaken (zoldering) en 2 dorsvlegels à 1 fr 55.00
een vork en een ladder 7.60
een korenwan 36.00
2de : in het wagenkot
een varkenskooi 18.00
een strooihakmachine 64.00
3 eggen 64.00
een driewielkar 200.00
een beerton 20.00
een rakel 6.00
een ploeg (om land te scheuren) 32.00
een ploeg ( kerende scharren) 65.00
20 boomstaken 20
3182.60
Gedaan te Oostvleteren …….. juni 1916; getekend : Henri Saesen
Opmerking :
zie 8 december 1914 : de administratieve molen maalde ook toen ook heel langzaam.
Bron : MWC
Opmerking
- grote processie in Nanterre
- André verheugde zich omdat hij als eerste Communicant mee in de stoet mocht
- met de Belgische vlag !
Bron : RCS
Hoving Verbrigghe = tuin op hoek Molenstraat ( vroegere windmolen )
Bron : LVB
Opmerking
- Als notapapier werd oud drukpapier van 191…. gebruikt.
- Deze opeisingen gebeurden in de periode 16 – 17; er was een stabilisatie van de fronten in West-Vlaanderen. De Belgische militairen kweekten groenten waar ze maar konden.
Bron : LVB
a. Martha en Irma deden hun Plechtige Communie
b. Maria Castryck ( oudste zus) ontving het Vormsel.
c. De vier ( jongste ?) kinderen, nl. Maria (14 j.), Martha (12j.), Blanche (11j.) en Michel (9j.) ontvingen ook het Vormsel.
d. Klas 17 wordt opgeroepen (de jongens geboren in 1897). Maurice Vandewalle, oudste zoon van Petrus is erbij. Camille (°1894) en Florent (°1892) zijn de twee oudste zonen van August Vandewalle.
Opmerking :
Bertha Vandewalle is de nicht van Martha, Irma, Bertha Castryck. Zij is de dochter van August Vandewalle, broer van Romanie.
Bron : MWC
e. Martha, Irma en Bertha schreven een brief naar twee kozijnen soldaat, nl. Florent en Camille Vandewalle. Ze stuurden een brief met foto naar hun oom August Vandewalle (oudste halfbroer van Romanie)
f. August Vandewalle is mogelijk dooppeter van een van de meisjes Castryck..
- “van onze tanten en onkels” : door iemand anders geschreven (klassering in deze enveloppe van brieven van ooms en tantes)
- Brief aan soldaat in opleiding Camille Vandewalle te Fécamp. ( zie brief Stavele 6 juli 1916)
Bron : MWC
Opmerking :
Elisabeth Lister is waarschijnlijk de ziekenzuster die te Hoogstade Camille Castryck (en misschien ook Romanie Vandewalle) verzorgde. Langs deze zuster om krijgt hij contact met Miss Fyfe. Miss Fyfe was een Schotse verpleegster, zij zette zich o.a. in om kinderen naar Zwitserland over te laten brengen en te plaatsen bij privé personen. Ze richtte te Vinkem een materniteit, een feestzaal ,een kapel….op. Vanaf 1917 tracht ze burgers naar Frankrijk en Engeland te evacueren ( Ref. Jane Delaunoy 14-18 edit. Snoeck Gent 2000)
Bron : ALR
Camille Castryck liet waarschijnlijk zijn eerste reis naar de kinderen te Parijs door een ingewijde voorbereiden. De beschrijving van de reisweg is nochtans in zijn handschrift. Hij vertrekt met de trein uit Port Villez of Vernon en komt aan in St. Lazare te Parijs.
a. Van St. Lazare station naar de rue de la Santé, 67 (nr. Martha, Irma, Bertha Castryck)
b. Terugweg
c. Met Metro Glacière naar Nanterre (naar André Castryck, Maurice en……… Vandewalle)
d. Terugweg
Opmerking
Zijn zoon André Castryck is in Nanterre, zeker vanaf 21 oktober 1915.
De meisjes Martha, Irma en Bertha zijn in Parijs, vanaf 18 of 19 mei 1915 (tot 5 juli 1919). Waarschijnlijk maakte Camille Castryck dit reisplan toen hij van Port Villez (bij Vernon) naar Parijs ging om zijn kinderen te bezoeken. Hij kwam aan in Port Villez (St. Marie de la Mère) op 3 september 1916. Einde juni 1918 is hij er nog.
Bron : LVB
Het vertrek naar Port Villez is waarschijnlijk te danken aan de invloed en misschien zelfs financiële hulp van Miss Fyfe.
Opmerking
Deze eik staat er nog steeds in het jaar 2001.
Opmerking
Ook dit monument is er nog in 2001; na 3 september 1916
Bron : LVB
Achterzijde van blad : 2de les; deze les werd onderste boven geschreven onder het 2de deel van les 1.
Bron : LVB
Brief gericht aan zijn schoonmoeder, Octavie Bruneel en zijn kinderen Maria, Ida, René.
(a) Camille kwam in Port Villez aan op zondag 3 september 1916 ( t.t.z.: de zondag vóór 6 sep)
(b) Richard Claus moet van Merken zijn; de bestuurder van Port Villez kent hem.
(c) Camille Castryck zal waarschijnlijk naar Rouen moeten voor orthopedie.
Bron : LVB
Opmerking
(d) Port Villez is een soort vakschool
(e) Camille Castryck vermoedt dat hij lange tijd in Port Villez zal blijven
(f) Hij heeft het statuut van soldaat : hij krijgt solde en ook 5 cts per lesuur. Hij heeft 8 uur les per dag.
(g) Er zijn 80 barakken zoals in de Cleppe. ( Zie reeks postkaarten )
(h) Deze kapel is Notre Dame de la Mère : in 2002 staat ze er nog steeds, tussen een kring van bomen, tegen de heuvelkant boven de Seine.
(i) Bertha Bosssaert en Maria Castryck zijn begin sept. 1916 (net voor of samenvallend met het vertrek van Camiel Castryck) naar de Molenhoek gegaan.
(j) Moeder Romanie stierf 4 oktober 1915 : weldra eerste verjaardag van haar overlijden
(k) Maria Castryck moet in de plaats van Camille antwoorden op de brieven uit Parijs en Nanterre
(l) Karel Vanneste X Clemence Derycke was een oom van Camille Castryck.” Bossaerts” is Amand Bossaert en familie, kozijn van Camille Castryck.
Opmerking
Deze postkaart heeft Camille Castryck waarschijnlijk samen met zijn brief opgestuurd naar zijn zoon André. André, onoplettend, gebruikte de kaart om naar zijn familie te schrijven, bedacht zich dan en hield de kaart als aandenken aan zijn vader in Port Villez. (Camille verbleef in Port Villez van 3 september 1916 tot 10 december 1918)
Monsieur le Directeur de l’ Institut Belge
de Port Villez à Notre Dame de la Mère (sic)
Ayant eu l’occasion de rencontrer Monsieur Castryck Camille, sujet Belge, m’a dit qu’il était occupé à l’ Institut voudrait bien être employé chez moi si vous lui permettez, ayant besoin d’ un ouvrier ; seulement comme il n’a qu’un bras, je crains qu’il ne puisse faire ce dont j’ai besoin, je désirerais alors que vous voulez bien lui permettre de venir deux jours à l’essai soit vendredi et samedi prochain qui sont les jours qui me sont plus faciles à l’occuper je pense qu’il a bonne volonté mais c’est son manque de bras qui me fait réflèchir, ce serait pour remplacer mon fils mobilisé.
Ayant confiance en vous, je vous prie d’agréer, mes très sincères salutations.
Voici mon adresse : Duval Louis à la Mare Boinville, Commune de Blaru, à côté de la ferme loué par vos collègues. (sic)
Signé L. Duval
Opmerking
- Blaru bevindt zich op 3,5 km zuidwest in vogelvlucht van Port Villez
- Notre Dame de la Mer is 2 km. zuid van Port Villez
- Er bestaat een Haie de Beranville, 3,5 km zuid van Port Villez
- De ferme Boinville staat 2 km westzuidwest van Notre Dame de la Mer
- In de titel ontdekken we dat het Institut Belge van Port Villez eigenlijk in Notre Dame de la Mer (sic) gelegen is, 2 km oostnoordoost van Boinville
- Camille Castryck poogt dus werk te vinden bij boeren van de streek.
Betreft werk voor Camille Castryck, eventueel
a. Op 27 september 16 is Camille Castryck reeds in het orthopedisch hospitaal van Bonsecours bij Rouen, omwille van zijn kunstarm.
b. Bertha Vandewalle, dochter van August gaat als begeleidster naar Parijs op 22 september 16, samen met Henri Saesen en Augusta, zijn dochter, en Elodie Ouvrein. (Augusta Saesen was de schoonmoeder van Maurits Dekien). Gerarda Brutsaert zal blijven bij de Zusters van Reninge. te Chevilly.
Opmerking
- Maria Castryck schrijft foutief “Chezviney” Chevilly ligt 6 km. ten zuiden van de rue de la Santé Parijs (zie Duitse stafkaart Paris 31 mei 1915)
- Henri Saesen is waarschijnlijk op een of andere manier verwant aan Camille Castryck.
Bron :ALR
c. Bertha Vandewalle (geboren 1895, dus 21 jaar oud) zal ook André Castryck te Nanterre bezoeken
d. De kinderen krijgen elk een paar kousen en een halve pak chocolade.
e. Camille Castryck “moet eerst schrijven” naar de oversten van de meisjes en naar André. Maria trekt ook de aandacht van Camille, haar vader, op het feit dat er “iets” is dat ze nog niet weten.
f. Dat ” iets” is : de arm van hun vader Camille, die afgeschoten werd. Camille verbleef in Port Villez .
Zie verder brief Martha Castryck 10 oktober 1916
g. Jaargetijde : mis op de verjaardag van het overlijden van Romanie
h. Eugenie Butstraen – Dekien is geopereerd te Oostvleteren. Ze woont op een hof in de Hoflandstraat , nu Dehaemers . Sophie……… van de herberg De Campagne vervangt haar op de boerderij. ( nu de hoeve Cloet in de Woestenstraat 4 ).
i. De hofstede waar (Antoine) Jacob Dekien woonde is afgebrand. Oorzaak:dorsmachine ? Wie woont er op die boerderij op 27 sept. 16 ? .
j. Antoine Jacobus Dekien was gehuwd met Maria Theresia Myngheer, weduwe van Charles Castryck ( + 1859), oom van Camille Castryck.
k. Nonkel Karel Vanneste was de 3de man van Clemence Derycke, een zuster van de moeder van Camille Castryck. Ze was eerst gehuwd met August Vanstraeselle (koopakte 1903, René Castryck) en nadien met Petrus Gruwez.
l. Henri Vandelanotte is waarschijnlijk ?? de broer van Sidonie Vandelanotte die gehuwd was met Honoré Vandewalle, oudste echte broer van Romanie Vandewalle
m. Theophile Vanloo
Opmerking :
Deze brief is niet volledig.
a. Martha Castryck beschreef in een brief aan haar tante de school in Parijs. Haar tante gaat nu, in haar fantasie mee, op bezoek te Parijs. En ze doet dat zeer verbeeldingrijk. Samen gaan ze de grote poort in de rue de la Santé 67 binnen. De nichtjes zien er goed en gelukkig uit.
Bron : LVB
b. De arduinen trap voor het hoofdgebouw : tante Leonie heeft moeite om hem te beklimmen.
c. Martha Castryck heeft wellicht ook een wandeling naar Montmartre beschreven.
d. Martha Castryck deed haar Plechtige Communie op 11 juni 1916. Irma Castryck zou ze dus op dezelfde dag gedaan hebben.
e. spleeld = speelt
f. Er zijn veel soldaten te Woesten, maar ze zijn nogal “braaf” en denken dat de oorlog niet lang meer zal duren.
g. Martha Vandewalle is een dochter van August of van Petrus Vandewalle.
a. Martha schrijft ook aan haar vader Camille Castryck. Hij is nochtans sinds 3 september 16 in Port Villez. Zou hij na 1 maand reeds op verlof gekomen zijn ? Misschien voor het jaargetijde van zijn vrouw Romanie ? Het is waarschijnlijker dat Martha er niet aan denkt dat haar vader sinds een maand weg is. Of weten ze het nog niet en is het daarop dat Maria Castryck allludeert in haar brief van 27 september 1916 waar ze schrijft :” Zij moeten het toch eens weten”
b. De meisjes bezochten hun broer André Castryck te Nanterre
c. Bertha is nu 8 jaar oud.
Bron :MWC
d. De meisjes verlangen om vader en broer en zussen te zien
e. Jules Castryck kreeg tot nu toe twee brieven
f. De meisje hadden verlof (oktober ?)
g. Martha dankt voor de chocolade en vergeet de kousen .(zie brief 27 sept. 1916)
h. Zuster Marie André geeft hier de punten van Martha. Ze is de 6de op 31 leerlingen.
i. Moeder Overste bedankt voor het bezoek aan de kinderen. (zie ook brief van 27 sept. 16)
Er is dus toch correspondentie doorgekomen met o.a. misschien nieuws van tante Sylvie, de zuster van Camille die in Brugge kloosterzuster is.
Bron :
a. Ook Irma weet niet dat papa niet meer thuis is sinds 3 september 1916.
b. Irma verwittigt haar vader van de mogelijkheid dat ze, omwille van een straf, niet meer om de 3 weken zal mogen schrijven. Ze was dus niet zo gedisciplineerd en kende zichzelf !
c. De meisjes zouden zo graag hun dichte familie terugzien; ze kregen alleen maar bezoek van kennissen, een nicht en een (verre?) oom. (zie brief 27 september 1916)
d. Bertha Vandewalle bezocht hen in sept. 1916.
Opmerking :
Deze brief zat waarschijnlijk in dezelfde enveloppe als Martha’s brief. (zelfde datum)
- Julius en Lucie : Jules Baes X Lucie (Sietje) Vandewalle
- Irma vraagt een schaar en breiwol ( 5 bollen) voor Martha en voor elk van de meisjes een kerkboek.
- Puntenstaat van Irma : 8ste op 19 leerlingen. Als we de leerlingen optellen krijgen we :
Martha = 31
Irma = 19
Samen : 50 leerlingen.
Opmerking :
Zie ook : Op de klasfoto’s eind augustus 1915, geklasseerd zien we 49 leerlingen. Eentje ziek, of misschien gestorven ?
(zie notaboekje van Martha Castryck, met de namenlijst.)
Bron :
a. Jules Castryck en zijn vrouw Florence Vanstraessele stuurden brief met foto.
Martha was op bezoek geweest bij André Castryck, haar broer in Nanterre.
b. Gerarda Castryck wordt volgend jaar 12 en doet haar plechtige communie op Pasen 1917.
c. Camille Castryck schreef brief, vanuit St. Marie de la Mer.
Opmerking :
Florence Vanstraessele is de meter van Martha Castryck
Opmerking :
Indien de meisjes Castryck voordien geen brief kregen uit Stavele of uit Port Villez om hen te melden dat hun vader Camille Castryck in het Belgische Militair Hospitaal te Port Villez is, dan vernemen ze het beslist uit deze brief van hun tante uit Proven.
Bron :
Opmerkingen :
a. Camille Castryck is in Port Villez en zijn dochter Ida verlangt naar hem.
b. René Castryck kan al goed praten : hij is bijna 3 jaar oud.
c. Richard : gaat het weer om Richard Claus ? ( X Palma Bossaert ; zie brief 6 sept. 1916)
d. Achiel Baes, veldwachter te Woesten, kwam naar de jaarmis van zijn schoonzus Romanie Vandewalle
e. “de machien” : waarschijnlijk de dorsmachine. Achiel Baes en zijn vrouw Leonie boerden dus nog. Of hielp Leonie bij een boer ? Ze waren immers uit hun huis te Woesten gevlucht.
f. Maria Castryck is weer eens naar het huis op de Molenhoek gegaan en is er goed ontvangen door de militairen.
a. Pieter Decaesteker: gestorven thuis, van ouderdom .
b. Emeric Haeghebaert werd gewond aan been of voet ( zie 19 jan. 1916)
Bron :ALR
c. Eugenie Butstraen zie brief 27 september 1916
d. Karel Vanneste en zijn vrouw kunnen niet schrijven; zijn niet naar school geweest.
Het geschrift van André Castryck is reeds mooi gevormd. Dit is een nieuwjaarswens van 1916 of 1917. ( zie ook kaart 27 december 1917)
- André Castryck bezat een grote voorraad kaarten uit Champlan
- Zijn zuster Ida is niet vernoemd in het adres dus moet de kaart wel degelijk van december 1916 dateren; zijn zus Ida komt naar Parijs op 15 oktober 1917
- André Castryck : 6de van rechts , derde rij , met + aangeduid
Maurice Vandewalle : knielende rij , 3de van links.
Valèrere Vandewalle : ………
Bron :RCS
“ Priez toutes bien pour nos soldats Belges et pour notre chère Belgique que vous aimez tant. »
Waarschijnlijk Frans Vandenbroeck (zie onvolledige brief zonder datum hierachter)
Bron :MWC
Opmerking :
Van deze brief bestaan alleen de blz. 3 en 4
- Vergelijk met briefkaart naar Parijs van 28 dec. 1916
- Achiel Baes en Leonie Vandewalle schrijven op blz. 4, Vandenbroeck is klaarblijkelijk bij hen op bezoek. Familie ? Of is hij gelegerd te Woesten ?
Bron :MWC
a. Leonie Vandewalle kent deze Frans Vandenbroeck zeer goed.
b. Vandenbroeck bezocht de meisjes te Parijs.
c. Florent is de oudste zoon van August Vandewalle en is soldaat. Soms gingen Belgische soldaten in verlof naar Frankrijk of naar Engeland.
a. Florence Vanstraessele ( X Jules Castryck) is meter van Martha Castryck
b. Ida en Gerarda Castryck zijn de dochters van Florence
Bron :MWC
c. Nonkel Jules Castryck, kozijn Jozef en nichtjes Maria, Gerarda en Ida
d. Camille Castryck zou dus rond nieuwjaar 1917 op bezoek geweest zijn te Parijs
Opmerking :
Altijd opnieuw is er de hoop op het einde van de oorlog
Bron :MWC
Opmerking
1916 was een “stille periode” in Vlaanderen
Bron : ALR
Le Havre le 31 décembre 1916
Monsieur Camille et a famille,
Je vous écris ces quelques mots afin de vous présenter à tous mes meilleurs voeux de bonne année, une bonne santé et le prochain retour à Molenhoeck avec votre chère famille qui j’espère se porte bien et grandit beaucoup.
Je crois que Maria et Moeder se portent bien et vous leur direz que je ne les oublie pas, je me rappellerais toujours leur dévouement à mon égard pendant tout ce temps que je suis resté à la batterie.
En ce moment je suis au Havre car (j’ai) étant dans la Somme, j’ai été malade pendant 3 mois mais aujourd’hui ça va un peu mieux et je vais bientôt retourner au front. Je donnerai beaucoup pour moi retourner à Stavele comme l’année dernière.
Mes parents sont toujours chez les bosches et je n’ai jamais de nouvelles.
Gillliot va bien et se trouve toujours au front.
Bien le bonjour à Madame Paul le (civieretier ?) ainsi qu’à toutes la famille Baes.
J’espère que la présente vous trouvera tous en très bonne santé et dans l’attente de recevoir de vos bonnes nouvelles je vous embrasse tous bien fort.
Baudour Lucien
1er Régiment d’Artillerie à pied
P.H.R.
Fort de Sainte Adresse
Le Havre
a. Deze Franse soldaat is wel heel goed op de hoogte; stond zijn batterij wellicht ooit op of nabij de hoeve Castryck op de Molenhoek ? Was er hoop op een spoedige terugkeer ?
b. Hij kent ook de familie in Stavele, bij Jules Baes. Kwam hij er op bezoek of was hij er op rust in 1915 ?
c. Bosches = Boches is gelijk aan bijnaam voor Duitsers.
d. Gilliot is een “collega” die ook de Castrycks kent.
e. Madame Paul le: onleesbaar “civieretier” = brancardier (?)
Opmerking
Op de foto van Camille Castryck, Maria (zijn dochter) en Romanie Vandewalle vóór het huis op de Molenhoek staan 2 Franse soldaten. De soldaat links is L. Baudour ( le marchand, zoals Camille en Romanie hem noemden) en rechts staat Gilliot ( foto na terugkeer van Camille Castryck uit hospitaal einde september 1915)